![]() |
De meeste organisaties hebben een fiscaal jaar (FJ) dat wordt gebruikt om elk jaar de financiën te berekenen. Het fiscale jaar is meestal onderverdeeld in kwartalen, maanden of andere perioden om financiële plannen gelijkmatig te verdelen. Als u financiële perioden instelt in Project Web App, kunt u projectwerk afzetten tegen de algemene financiële planning. |
-
Ga naar PWA-instellingen.
-
Kies in Project Web AppInstellingen
> PWA-instellingen.
-
Kies onder Tijd- en taakbeheer de optie Fiscale perioden.
-
-
Stel een begindatum in.
-
Kies een jaar onder Fiscale periode beheren en kies Definiëren.
-
Typ of kies onder Startdatum fiscale periode definiëren de eerste datum van het fiscale jaar.
-
-
Selecteer de manier waarop u perioden wilt instellen.
Kies een methode onder Model instellen voor het maken van een fiscaal jaar:
-
Gebruikt u kwartalen? Kies een van de genummerde methoden (4,5,4, 4,4,5 of 5,4,4).
De getallen in deze methoden staan voor het aantal weken dat een fiscale periode in elk kwartaal moet hebben. Een kwartaal met de 4,5,4-methode ziet er bijvoorbeeld als volgt uit:
Als u de 4,5,4-methode kiest, worden vier kwartalen geconfigureerd, met drie fiscale perioden per kwartaal. De eerste periode is vier weken lang, de tweede vijf weken en de derde vier weken.
Er worden in totaal 12 fiscale perioden ingesteld voor elk van de genummerde methoden.
-
Gebruikt u maanden? Kies Standaardkalenderjaar om 12 perioden te maken die vanaf de eerste dag van elke maand tot en met de laatste dag van elke maand lopen.
Als u maanden beschouwt als perioden van vier weken, kiest u 13 maanden. Met deze optie wordt een totaal van 13 fiscale perioden ingesteld.
-
Geen van deze opties werkt voor mij. Kies de optie die in de buurt ligt van hoe uw organisatie werkt. Ga daarna terug en verfijn de opties nadat u hebt opgeslagen.
-
-
Stel de notatie voor periodenamen in.
Onder Naamgevingsregels voor perioden definiëren hoeft u in principe niets te wijzigen. Veel organisaties willen echter graag de manier structureren waarop elke fiscale periode een naam krijgt.
Zonder voorvoegsel of achtervoegsel maken uw fiscale perioden gebruik van eenvoudige, incrementele getallen (1, 2, 3 enzovoort).
Door de naamgeving structuur te geven, krijgt elke periode wat context. U kunt bijvoorbeeld fiscale perioden instellen met de namen Sprint1_FJ15, Sprint2_FJ15 enzovoort. Dit is handig voor het rapporteren, omdat hiermee wat meer informatie wordt gegeven over wat er wordt vastgelegd.
Als u een voor- en achtervoegsel toevoegt, wordt een voorbeeldnaam weergegeven.
-
Kies Maken en opslaan.
Na het opslaan kunt u de informatie wijzigen of rijen uit de tabel verwijderen om het fiscale jaar verder aan te passen.
Wat kan ik nog meer doen?
Tijdens het instellen kunt u onder meer het volgende doen:
-
Roosters instellen om de werkelijke tijdsduur vast te leggen die teamleden aan taken besteden.
-
Categorieën van werk toevoegen waarmee u verschillende tijdsaanduidingen kunt vastleggen, zoals R&D. Of u legt bijvoorbeeld grotere projecten vast, waarvoor uw organisatie in kleinere deelprojecten heeft geïnvesteerd.
-
Niet-projectcategorieën toevoegen voor de tijd die aan andere aspecten van werk is besteed, zoals cursussen of reizen.
-
Overige instellingen wijzigen die bepalen hoe de tijdsduur en de voortgang van een taak in uw organisatie worden vastgelegd en verwerkt.