U kunt tijd besparen door zelf aangepaste of standaard-verbindingslijnen te maken en deze te gebruiken wanneer u wilt. U past een verbindingslijn, het uiteinde van de lijn of de stijl van de sprong aan en slaat de aangepaste verbindingslijn op in het stencil Favorieten. U kunt deze aangepaste verbindingslijn nu gebruiken als een nieuwe standaardverbindingslijn.
-
U kunt een verbindingslijn aanpassen en opslaan. U kunt een verbindingslijn toevoegen tussen shapes, de lijnen en pijlen van de verbindingslijn bewerken en de stijl van de lijnsprongen instellen. Zie Add and edit connector text (Verbindingslijntekst toevoegen en bewerken), Edit connector points, lines, or arrows (Punten, lijnen of pijlen van verbindingslijnen bewerken) en Verbindingslijnsprongen toevoegen of verwijderen voor meer informatie.
-
Klik in het deelvenster Shapes op Meer shapes, wijs Mijn shapes aan en klik op Favorieten.
-
Klik met de rechtermuisknop op de titelbalk van Favorieten en klik op Stencil bewerken.
-
Sleep de aangepaste verbindingslijn naar het stencil Favorieten.
-
Klik in het stencil Favorieten met de rechtermuisknop op de aangepaste verbindingslijn, klik op Naam van model wijzigen en typ een naam voor de aangepaste verbindingslijn.
-
Klik met de rechtermuisknop op de titelbalk van Favorieten en klik op Opslaan.
Resultaten Wanneer u deze verbindingslijn wilt gebruiken, klikt u op het tabblad Start in de groep Hulpmiddelen op het hulpmiddel Verbindingslijn. Open vervolgens het stencil Favorieten en selecteer de verbindingslijn. Wanneer de aangepaste verbindingslijn is geselecteerd, heeft elke verbindingslijn die u tekent met het hulpmiddel Verbindingslijn dezelfde opmaak als de aangepaste verbindingslijn.
