Project maakt gebruik van een lokale cache zodat u met projecten kunt werken alsof ze lokaal zijn opgeslagen, waardoor de bewerkingen Opslaan en Openen veel sneller zijn dan in eerdere versies. U kunt de cachegrootte en -locatie aanpassen en specifieke projecten selecteren die u uit de cache wilt verwijderen.
Wat wilt u doen?
Meer informatie over de lokale cache
De lokale cache helpt u efficiënter te werken door een lokale versie van uw project te synchroniseren met de versie die is opgeslagen op Project Server.
Wanneer u een project uitcheckt, wordt de lokale versie bijgewerkt met wijzigingen in de serverversie. Wanneer u wijzigingen aanbrengt in het uitgecheckte project, worden deze wijzigingen opgeslagen in de lokale versie van het project.
Wanneer u het project weer incheckt in Project Server, worden alleen de wijzigingen die zijn aangebracht tijdens het uitchecken van het project gesynchroniseerd met de serverversie van het project.
Terwijl u aan een uitgecheckt project werkt, kunt u het project af en toe opslaan op Project Server zonder het opnieuw in te checken. Wanneer u het project opslaat, worden de wijzigingen gesynchroniseerd, vergelijkbaar met het incheckproces. Nadat u een project hebt opgeslagen, kunt u aan het project blijven werken terwijl uw wijzigingen worden gesynchroniseerd met de server. De lokale cache werkt op de achtergrond. Onder aan het venster Project wordt een bericht weergegeven, waarin wordt aangegeven hoeveel procent de synchronisatie is voltooid en hoeveel tijd het ongeveer moet duren voordat het project wordt gesynchroniseerd.
Notities:
-
Als de cache voor uw project is opgeslagen in een gedeelde netwerklocatie, moet u ervoor zorgen dat u een snelle verbinding met die locatie hebt om synchronisatieproblemen te voorkomen.
-
Wanneer de projectgegevens in uw lokale cache momenteel niet zijn gesynchroniseerd met de server, wordt een indicator
-
Standaard wordt de lokale cache gemaakt in het profiel voor de gebruiker die momenteel is aangemeld bij Windows, en alleen die gebruiker heeft er toegang toe. Als u de beveiliging van de projectbestanden in de cache op een gedeelde computer wilt behouden, moet elke gebruiker zich afzonderlijk aanmelden bij Windows. Als één Windows-account wordt gebruikt voor meerdere gebruikers op een gedeelde computer (als uw organisatie bijvoorbeeld afzonderlijke Project Server-accounts voor elke gebruiker heeft), wordt de beveiliging van de Project-bestanden in de cache alleen gehandhaafd wanneer deze zijn verbonden met Project Server. Wanneer u offline werkt, kan elke gebruiker die is aangemeld met het gedeelde Windows-account, de projectbestanden in de cache bekijken en wijzigen.
Cachestatus weergeven
U kunt uw recente cacheactiviteiten bekijken, zoals het inchecken van een project in of het opslaan van wijzigingen in Project Server, in het dialoogvenster Actieve cachestatus . Als u een foutbericht ontvangt bij het synchroniseren van een project met Project Server, kunt u deze foutberichten ook weergeven in het dialoogvenster Status van actieve cache .
-
Wijs in het menu Extrade optie Lokale projectcache aan en klik vervolgens op Status weergeven.
-
Controleer op het tabblad Status uw recente cacheactiviteiten, inclusief de datum en tijd waarop elke activiteit heeft plaatsgevonden en de status van de activiteit.
-
Bekijk op het tabblad Fouten eventuele fouten die u hebt ontvangen tijdens het synchroniseren van uw projecten met Project Server.
Opmerking: Neem contact op met de serverbeheerder voor meer informatie over de fouten die worden vermeld op het tabblad Fouten .
De cache-instellingen aanpassen
-
Wijs in het menu Extranaar Lokale projectcache en klik vervolgens op Cache-instellingen.
-
Typ in het vak Limiet voor cachegrootte de maximale hoeveelheid geheugen, in megabytes, die u wilt dat de cache op de harde schijf in beslag neemt.
-
Typ in het vak Cachelocatie het pad naar de locatie die u wilt gebruiken voor de cache.
Tip: U kunt ook op Bladeren klikken om naar de cachelocatie te navigeren.
Projecten uit de cache verwijderen
Het verwijderen van projecten uit de cache kan handig zijn bij het verminderen van het aantal projecten dat u ziet in het dialoogvenster Openen of bij het verminderen van de hoeveelheid geheugen die wordt gebruikt wanneer u de limiet voor de cachegrootte nadert.
-
Wijs in het menu Extranaar Lokale projectcache en klik vervolgens op Cache opschonen.
-
Klik in de sectie Projecten verwijderen uit cache in de lijst Projectfilter op Projecten die niet voor u zijn uitgecheckt of Projecten die aan u zijn uitgecheckt om de bijbehorende lijst met projecten in het raster weer te geven.
-
Klik in het raster op het project dat u uit de cache wilt verwijderen en klik vervolgens op Uit cache verwijderen.
Als u meerdere projecten wilt selecteren die niet opeenvolgend worden weergegeven, houdt u Ctrl ingedrukt en klikt u op elke taak. Als u meerdere taken wilt selecteren die opeenvolgend worden weergegeven, klikt u op de eerste weergegeven taak en houdt u Shift ingedrukt en klikt u op de laatste weergegeven taak om de volledige reeks taken te selecteren.
Tip: In het vak Cachedetails wordt informatie weergegeven over de cachegrootte, inclusief de totale cachegrootte wanneer u het dialoogvenster Cache opschonen en de limiet voor de cachegrootte hebt geopend. In de kolom Grootte in de sectie Projecten uit cache verwijderen wordt de grootte van elk project afzonderlijk weergegeven. Wanneer u meerdere taken selecteert, wordt de totale grootte van de geselecteerde projecten weergegeven naast Totale grootte van geselecteerde projecten. Gebruik deze groottetotalen om te bepalen of u voldoende ruimte in de cache vrijgeeft om aan uw behoeften te voldoen.
