Wanneer u een werkmap opslaat, wordt alleen het deel van elk werkblad met gegevens of opmaak opgeslagen. Lege cellen kunnen opmaak bevatten waardoor de laatste cel in een rij of kolom buiten het celbereik valt dat gegevens bevat. Dit zorgt ervoor dat de bestandsgrootte van de werkmap groter is dan nodig is en kan leiden tot meer afgedrukte pagina's wanneer u het werkblad of de werkmap afdrukt.
U kunt deze problemen voorkomen door de laatste cel met gegevens of opmaak op een werkblad te zoeken en vervolgens die laatste cel opnieuw in te stellen door alle opmaak te wissen die in lege rijen of kolommen tussen de gegevens en de laatste cel kan worden toegepast.
Zoek de laatste cel met gegevens of opmaak op een werkblad
-
Als u de laatste cel met gegevens of opmaak wilt zoeken, klikt u ergens in het werkblad en drukt u op Ctrl+END.
Opmerking: Als u de allerlaatste cel in een rij of kolom wilt selecteren, drukt u op END en drukt u vervolgens op pijl-rechts of pijl-omlaag.
Alle opmaak tussen de laatste cel en de gegevens wissen
-
Ga op een van de volgende manieren te werk:
-
Als u alle kolommen rechts van de laatste kolom met gegevens wilt selecteren, klikt u op de eerste kolomkop, houdt u Ctrl ingedrukt en klikt u vervolgens op de kolomkoppen van de kolommen die u wilt selecteren.
Tip: U kunt ook op de eerste kolomkop klikken en vervolgens op Ctrl+Shift+END drukken.
-
Als u alle rijen onder de laatste rij met gegevens wilt selecteren, klikt u op de eerste rijkop, houdt u Ctrl ingedrukt en klikt u vervolgens op de rijkoppen van de rijen die u wilt selecteren.
Tip: U kunt ook op de eerste rijkop klikken en vervolgens op Ctrl+Shift+END drukken.
-
-
Klik op het tabblad Start in de groep Bewerken op de pijl naast de knop Wissen
-
Sla het werkblad op.
-
Sluit het werkblad.
Wanneer u de werkmap opnieuw opent, moet de laatste cel van de gegevens de laatste cel op het werkblad zijn.
Meer hulp nodig?
U kunt altijd uw vraag stellen aan een expert in de Excel Tech Community of ondersteuning vragen in de Communities.
