Een tekstveld invoegen in een shape

U kunt tekstvelden invoegen in shapes om aanvullende informatie weer te geven. Velden zijn ingedeeld in categorieën, zoals Datum/tijd, Documentgegevens en Shapegegevens. Velden worden automatisch bijgewerkt wanneer u de informatie wijzigt waarop ze zijn gebaseerd.

1. Dubbelklik op een vorm om het tekstblok te openen en verplaats de cursor naar de plaats in het tekstblok waar u het tekstveld wilt invoegen.

2. Klik op het tabblad Invoegen op Veld.

3. Klik in de lijst Categorie op de categorie van het veld dat u wilt invoegen:

   • Aangepaste formule     Deze categorie maakt gebruik van ShapeSheet-functies die u invoert in het vak Aangepaste formule om een formule te maken.

   • Datum/Tijd     Deze categorie maakt gebruik van systeemgegevens om de aanmaakdatum/-tijd, de huidige datum/tijd, de laatste bewerkingsdatum/-tijd en de afdrukdatum/-tijd bij te houden.

   • Documentgegevens     Deze categorie gebruikt informatie die is ingevoerd in het dialoogvenster Eigenschappen voor het bijhouden van maker, beschrijving, map, bestandsnaam, trefwoorden, onderwerp, titel, manager, bedrijf, categorie en hyperlinkbasis.

   • Geometrie     In deze categorie worden de breedte, hoogte en hoekgegevens van de shape gebruikt. Gebruik het veld Breedte voor dimensielijnen of het veld Hoek om aan te geven hoe ver een shape wordt gedraaid vanaf de oorspronkelijke positie. Gebruik een geometrieveld om technische specificaties in een tekening automatisch bij te werken.

   • Objectgegevens     Deze categorie gebruikt informatie die is ingevoerd in het dialoogvenster Speciaal om gegevens 1, gegevens 2, gegevens 3, id, model, naam en type bij te houden.

   • Pagina-informatie     Deze categorie gebruikt informatie die is ingevoerd op het tabblad Pagina-eigenschappen van het dialoogvenster Pagina-instelling om Achtergrond, Naam, Aantal pagina's en Paginanummer bij te houden.

   • Shapegegevens     Deze categorie maakt gebruik van gegevens die zijn opgeslagen in de sectie Shapegegevens van het ShapeSheet-werkblad van de geselecteerde shape. U definieert Shapegegevens om het gewenste type informatie te koppelen aan een shape. U kunt bijvoorbeeld een serienummer koppelen aan een apparaat.

   • Door de gebruiker gedefinieerde cellen     Deze categorie maakt gebruik van informatie die is ingevoerd in de cel Waarde van de sectie Door de gebruiker gedefinieerde cellen in het ShapeSheet-werkblad van de shape.

4. Klik in de lijst Veldnaam op het veld dat u wilt invoegen.

5. Klik op Gegevensindeling en klik in de lijst Categorie op de indeling waarin u de veldgegevens wilt weergeven.

6. Klik op OK en klik vervolgens nogmaals op OK.

7. Als u tekst wilt toevoegen na het veld, typt u de gewenste tekst.

8. Als u extra velden wilt invoegen, herhaalt u stap 2 en 3.

9. Als u een veld wilt verwijderen, selecteert u het veld in de shape en drukt u op Delete.

   U kunt ook dubbelklikken in de vorm en de tekst verwijderen.

10. Als u het tekstblok wilt verplaatsen, klikt u op het hulpmiddel Tekstblok en sleept u het tekstblok.

    Waar is het hulpmiddel Tekstblok?

    Klik in Visio 2013 en nieuwere versies op Start > groep Hulpmiddelen > (het hulpmiddel Tekstblok ).